Een keukenhulp met pleinvrees

De werkgever deelt in oktober 2003 schriftelijk mee dat de werknemer drie maanden als keukenhulp kan gaan werken in een verzorgingshuis. Hij doet zijn werk naar tevredenheid van het verzorgingstehuis, maar stopt in januari omdat hij zich niet goed voelt. De werkgever reageert in februari 2004 met een brief op poten en stopt de loonbetaling. Later blijkt dat de werknemer niet meer wilde werken, omdat hij niet alleen over straat durfde te gaan. Het UWV regelt daarop een taxivergoeding voor het woon-werkverkeer, maar de man kan wegens een reorganisatie niet meer in het verzorgingstehuis aan de slag. De werkgever biedt vervolgens nog een extern re-integratietraject aan, maar alleen voor de eerste onderdelen, namelijk transitie en herorientatie.